Uit donkere plooien

ik heb
het bos ontkleed
zijn bladerjassen uitgedaan

alle spinrag
is verdwenen
naakt komt het voor mij staan

ongenadig hakt het licht
de laatste spaanders
uit donkere plooien

verwaait wind
lichte varens en de
stilte van het beschutte ven

de open plek
is kaal bij volle maan
wat heksenhout is blijven staan

troosteloos steken
stammen hoog in de lucht
ook hier is de mystiek gevlucht