Kreukel: De patserige bokser

Ping, ping, ping. De tweede ronde was afgelopen. De bokser met zijn helblauwe sportbroek liep naar de hoek van de boksring. Hij had een zeer gespierd bonkig bovenlijf. De rode bokser ging naar de andere hoek. Hij zag er wat soepeler gespierd uit.
“Je staat voor, Joe, laat je de laatste ronde niet wegslaan.” zei de coach tegen de blauwe broek. Hij veegde het gezicht met zweet en wat bloed af. “Let op zijn uppercut van links, die is gevaarlijk.”
“Kom op Joe. Je gaat winnen.” schreeuwde een vrouwenstem.
Joe keek smerig naar de andere bokser. Hij zou hem pakken, knock-out, dat zou hem lukken.
De coach controleerde de bokshandschoenen en sprak hem moed in: “Je kunt het Joe. Je gaat dit keer winnen, goed verdedigen, niet teveel aanvallen.” Hij smeerde de wenkbrauwen en andere gevoelige gezichtsdelen in met vaseline.
Ping, ping, ping. Derde ronde. De boksers draaiden om elkaar heen en de scheids hield het gevecht goed in de gaten. Af en toe klemden de boksers elkaar vast, om wat te rusten. Ze incasseerden elkaars slagen.
“Sla hem out, Joe.” schreeuwde weer de vrouwenstem. Het was de nieuwe vrouw van Joe.
“Doe het, Joe. Je moet, Joe” schreeuwde ze verder.
De derde ronde was bijna afgelopen. Joe zou gaan winnen, zijn vrouw was in alle staten. Het was nog maar een paar seconden, toen de rode bokser Joe een enorme rechter uppercut gaf. Joe zwabberde op zijn benen, en viel daarna met een plof op de grond. Hij bleef liggen.
“Kom op, Joe. Sta op!” schreeuwden de coach en de vrouwenstem. “Sta op, Joe.”
Joe bleef liggen. Hij stond niet meer op. De scheids telde tot tien. De rode bokser had de wedstrijd gewonnen, en niet Joe. De scheids maakte een eind aan de wedstrijd door de arm van de rode bokser in de lucht te doen: “De winnaar is …Ali” Het publiek begon te juichen waardoor de voornaam niet meer te verstaan was.
De EHBO'ers en de coach hielpen Joe overeind en droegen hem naar de kleedkamer. Joe was inmiddels weer bijgekomen en zat teleurgesteld op een bankje. Hij stond op en liep naar de douche. Toen hij de wedstrijd van zich aan het afwassen was, kwam zijn nieuwe vrouw binnen. Hij deed de douche uit, pakte zijn handdoek en deed die om zijn middel.
“Joe, wat maak je me nu?” schreeuwde zijn vrouw. Ze liep naar hem toe.“Je zou winnen, en je kon ook winnen, Joe.”
Joe was zich aan het afdrogen. Ze gaf hem een klap in het gezicht. Zijn gezichtswonden sprongen spontaan weer open maar hij gaf geen krimp. Hij kon tenslotte wel tegen een stootje.
“Dat jij verloren hebt, kost ons gewoon acht miljoen euro, Joe. Daar gaat onze toekomst. Hoe moet dat met ons privévliegtuig, Joe?” ging zijn vrouw. Joe begon zich rustig aan te kleden. Zij werd weer kwaad en sloeg hem weer in zijn gezicht.
Joe liet zich wel veel welgevallen, dacht de coach nog. Hij knoopte rustig zijn shirt dicht, maar liet voldoende knopen los om zijn borst goed te kunnen showen.
“En ons nieuwe huis, Joe? Hoe moet het verder met ons?” Ze sloeg hem nog een keer midden in zijn gezicht. Nu vol met de vuist.
Joe had er nu genoeg van. Nu zat ze hem te treiteren. Okee, ze had een punt, maar dit ging te ver. Ze had hem met de vuist geslagen, dat doet een vrouw niet. Met de platte hand, okee, maar niet met de vuist. Hij liep op haar en gaf zijn vrouw een klassieker, een gedraaide linkse, precies op de zijkant van de kaak. Ze sloeg achteruit en viel op de grond, en bleef stil liggen.
De coach stond er verbouwereerd bij te kijken.
Joe pakte zijn zware gouden kettingen uit zijn kleerkast en hing die rustig om zijn nek. Deed zijn grove armband en grote horloge om. Hij veegde de laatste restjes zweet en bloed van zijn gezicht. Nu voelde hij zich weer sterk, de bokser, die niet te verslaan is.
Joe liep de kleedkamer uit. Hij kwam nog even terug en keek naar de coach en zei:”Een-een. Toch nog een knock-out!”