Bij de buren

Vanuit de woonkamer keek Dave door het raam naar de overkant. Daar stonden Daphne en Craig te zwaaien naar hun vertrekkende visite, de buren van ernaast. “Zullen we de overburen volgend weekend bij ons vragen?”, galmde de stem van Dave’s vrouw vanuit de keuken. Dave antwoordde fronsend: “Ach Vera, moet dat echt”. Ondertussen hadden Daphne en Dave oogcontact. Daphne zwaaide enthousiast. “Kom op Dave, telkens heb je wel iets om het uit te stellen”, vermaande Vera hem. Terwijl Dave vertwijfeld terug naar Daphne zwaaide, zei hij: “Weet je wat?. Morgen ben ik op de tennisclub, dan zie ik Craig en vraag ik het wel”.

Die hele week was Dave kribbig. Vera legde op die bewuste zaterdag de laatste hand aan een overvloedige ontvangst, met glimmende tegelvloeren en de geur van meubelreiniger. De bel ging als een gong van een shaolin tempel. Ze kwamen binnen. “Wat een prachtige vloer! Wel een leuk huis zeg.” Vera leidde ze door het huis en even later gingen ze met z’n vieren aan een glad gedekte tafel zitten, waarop Vera de mooiste gerechten wist te toveren. Dave ondersteunde haar regelmatig met inschenken en het afruimen van borden. Zonder samen iets af te spreken verliep dat heel soepel.

Craig had de hele avond nog geen woord gesproken. Plotseling stond hij op. “Al zo lang kijken we elkaar aan zonder een woord te wisselen, Dave. Je zegt niets als we elkaar ’s ochtends tegenkomen, niet op de tennisclub, behalve dan afgelopen week. Bij de gratie van je vrouw hebben we hier een gezellige avond.” Een stilte was het antwoord op Craig’s ingeslagen woorden. “Gezellig?”, dacht Dave. Daphne begon te huilen en stond op om haar jas te pakken. Vera liep haar achterna. Vera en Daphne verontschuldigden zich tegenover elkaar, terwijl Craig in de kamer op de grond werd geduwd. Vera gilde het uit.

En daar gingen ze, Daphne en Craig, terug naar huis. Vera en Dave liepen mee naar buiten en besloten dat het er beter uitzag als ze zouden zwaaien. “Dag buf”, dacht Vera teleurgesteld. Aan de overkant stond de andere overbuurman William voor het raam. Vera dacht “William, blij om hem te zien” en ze zwaaide enthousiast naar hem. Na een korte pauze stak hij zijn hand terug op.

Ze gingen terug naar binnen. Later die avond ging de telefoon. “Hé Dave, William en Linda vragen of we volgend weekend komen”.

Nino Michielse - Proza opdracht 1: Flits Fictie